Avondklok blijft gewoon: ook Eerste Kamer stemt in met spoedwet

Gepubliceerd op 19 februari 2021 om 21:40

Avondklok blijft gewoon: ook Eerste Kamer stemt in met spoedwet | Mediafuze

Na de Tweede Kamer stemde vandaag ook de Eerste Kamer in met een spoedwet voor de avondklok. Een grote meerderheid nam de maatregel aan.

In de senaat klonk veel kritiek op de juridische onderbouwing door het kabinet, maar er tekende zich gedurende dag toch een ruime meerderheid af.

Eerder deze week spande Viruswaarheid een kort geding aan tegen de Staat, waarna de avondklok opgeschort werd. Een hoger beroep diezelfde dag zorgde er voor dat de maatregel toch bleef staan. Vandaag ging de zaak over de juridische onderbouwing van de maatregel verder, maar een uitspraak laat nog een week op zich wachten.

De avondklok werd door het kabinet ingesteld op basis van een noodwet, waarin staat dat een kabinet in noodgevallen regels kan invoeren zonder overleg met de Tweede en de Eerste Kamer. Na dinsdag werd in sneltreinvaart de spoedwet opgetuigd.

Dat er een nieuwe wet komt voor de avondklok stelt bijna alle partijen tevreden, bleek deze week. De maatregel wordt nu ondergebracht in de coronawetgeving. "Daarmee is de wet thuis waar die hoort", zei Chris van Dam (CDA). Hiermee heeft het kabinet gekozen voor de 'koninklijke weg', volgens SGP'er Kees van der Staaij.

'Weinig ruimte'

Volgens premier Rutte blijft de avondklok voorlopig sowieso nog nodig. Hij wees op het feit dat door de Britse variant van het coronavirus het aantal besmettingen te hoog blijft, net als het aantal ziekenhuisopnames. Rutte zei gisteren 'weinig ruimte' voor versoepelingen te zien, als de huidige harde lockdown 2 maart afloopt.

Het kabinet maakt dinsdag bekend hoe het verder moet na begin maart. Rutte zei wel dat er nog wordt gekeken naar het voortgezet onderwijs en of er iets mogelijk is voor de economie. Ook bekijkt het kabinet of de avondklok van kracht moet blijven tot 2 maart.


Bereidheid tot vaccineren gedaald tot 60 procent

In juni gaf nog bijna driekwart (73 procent) van de ondervraagden aan bereid te zijn zich te laten vaccineren, zodra er een vaccin beschikbaar zou zijn. In september was dat nog 65 procent en sindsdien nam de bereidwilligheid verder af, naar 60 procent in november.

Lees meer »